Deze week heb ik twee bijeenkomsten over duurzame ontwikkeling bijgewoond. Maandagavond het debat Nederlands milieubeleid: ondergelopen polder? in Nijmegen en gisteren het jaarcongres van het programma Leren voor Duurzame Ontwikkeling.
Deelnemers aan het debat maandag waren
- Pieter Leroy, hoogleraar Beleidswetenschappelijke milieukunde Radboud Universiteit
- Jos Hessels, woordvoerder energie Tweede Kamerfractie CDA
- Kees Kodde, adjunct-directeur Milieudefensie
- Klaas van Egmond, hoogleraar Milieukunde Universiteit Utrecht en oud-directeur Milieu- en Natuurplatform.
Het ging over falende instituties, een democratische rechtsorde die niet in staat zou zijn om de huidige klimaatproblemen aan te pakken en gebrek aan visie en leiderschap bij de de politiek en de overheid. Ik vond het een nogal vermoeiende avond met veel rampverhalen en gezeur, zonder enig oog voor wat de aanwezigen zelf dagelijks kunnen aanpakken.
Als het een sociaal dilemma is voor de burger dat hij een schone en gezonde omgeving wil, maar als consument zo goedkoop mogelijk wil vliegen en kiloknallers koopt in de supermarkt, waarom moet de politiek dan ingrijpen om dat sociaal dilemma op te lossen met weer meer nieuwe regels? Ik zag het niet, ik zie het niet en het debat heeft daar geen snars aan veranderd.
Mijn conclusies aan het eind van de avond: milieu is moeilijk en vermoeiend en als burger ben ik weer inconsequent want als kiezer wil ik namelijk minder regels van de overheid. Maar omdat ik te dom/bang/onhandig (of is het gewoon slap?) ben om mijn eigen verantwoordelijkheid te nemen kijk ik op naar die grote instituties (die ik steeds minder vertrouw) om mij te helpen met… extra regels.
Gelukkig had ik het boek Eckard’s notes bij me voor wat inspiratie op de terugweg. Daarin vond ik ook de huiswerkparadox:
Ouder checkt de schoolagenda’s, deelt wellicht het werk voor die middag in, overhoort en stampt woordjes in. Geen wonder dat die kinderen nooit een draad verantwoordelijkheidszin ontwikkelen. Immers, zij worden getraind om het systeem te ontduiken. Hun ontzag en focus zijn geheel gericht op het controlemechanisme, de ouders. En dus niet op de langetermijndoelstelling van gewoon dat lekkere gevoel hebben dat je je spulletjes voor elkaar hebt en waarschijnlijk wel over zult gaan. Met trots, want op eigen kracht. Zo’n kind met echte verantwoordelijkheid kent geen angst.
Volgens mij legt dit de vinger op de goede plek: wordt volwassen en ‘face the music’. Een broek van een tientje uit China? Dan geloof je toch zelf ook niet dat van dat geldt nog iets wordt gedaan om de emissies van broeikasgassen te beperken? Zelfs voor het beschikbaar maken van informatie zijn veel private initiatieven, zoals het Carbon Disclosure Project en de ketenbeheer acties van de Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling.
Het jaarcongres van het programma leren voor duurzame ontwikkeling gisteren was wel erg leuk en inspirerend, al is Almere wel erg ver van Den Haag 😉 Het thema van het congres was van denken naar doen. Wat dan ook de opzet was. De opdracht was om in een uur een basisontwerp te maken voor een nieuw stadsdeel met 40.000 woningen en 80.000 werkplekken, waarbij duurzame ontwikkeling in het ontwerp het leidende principe diende te zijn. Maar ja, wat is duurzaam? Dat is waar Almere ook mee worstelt. Alleen kiezen ze ervoor om niet te blijven steken in denken, maar om het te gaan doen. Daarvoor hebben ze de Almere Principles (is dat er een voor de sofprijs van de Nederlandse Taalunie?) opgesteld, die een leidraad bieden om alsmaar na te blijven denken en vooral buiten de gebaande paden te blijven. Daarbij wordt Almere geholpen door o.a. Michael Braungart en William McDonough, bedenkers van het Cradle to Cradle concept.
Al met al was het gisteren een boeiende dag, vooral door de ontmoetingen met verschillende mensen uit de praktijk. Ook een dag die energie geeft doordat je bezig bent met het zoeken naar oplossingen in plaats van het zeuren over wat niet gelukt is. Een dag ook die me ervan overtuigd heeft dat duurzame ontwikkeling pas gaat leven als je inzet op het leuk maken van het onderwerp. Milieu- en natuurvernietiging zijn een probleem, maar je kunt zelf ook een deel van de oplossing zijn en daarvoor hoef je niet in een hutje op de hei te gaan wonen.
Eerlijkheidshalve moet ik zeggen dat ik wel bevattelijk bleek voor al dat negatieve gedoe maandag, de volledige draai naar het positieve verhaal heb ik dus nog niet weten te maken. Duurzame ontwikkeling is en blijft ook voor mij een persoonlijk leerproces met een onzeker eindpunt.
Geef een reactie