De Eerste Kamer heeft dinsdag 28 mei de Klimaatwet, ofwel het initiatiefwetsvoorstel-Klaver, Asscher, Beckerman, Jetten, Dik-Faber, Yesilgöz-Zegerius, Agnes Mulder en Geleijnse Klimaatwet, aangenomen. De fracties van VVD, CDA, D66, SP, PvdA, GroenLinks, ChristenUnie, 50PLUS, OSF en Fractie-Duthler stemden voor, de fracties van SGP, PvdD en PVV stemden tegen.
Het voorstel stelt klimaatdoelstellingen voor de regering vast. Tegelijkertijd is het een kader voor de ontwikkeling, effectmeting en wijze van verantwoording van het beleid dat moet leiden tot het halen van de wettelijke vastgelegde klimaatdoelstellingen. Hoofddoel van het voorstel is het als resultaat bereiken van 95% broeikasgasreductie in Nederland in 2050 ten opzichte van 1990 en als tussendoel streven naar 49% broeikasgasreductie in 2030 ten opzichte van 1990. Daarnaast bevat het voorstel als nevendoel het streven naar 100% CO2-neutrale elektriciteitsproductie in 2050.
Het wetsvoorstel is op verschillende punten minder sterk dan het oorspronkelijk initatiefwetsvoorstel van Klaver-Samson. Op de eerste plaats zijn de doelen van de klimaatwet niet meer juridisch afdwingbaar, op de tweede plaats is het tussendoel voor 2030 minder hoog dan de oorspronkelijke 55%. Het streven naar 100% CO2-neutrale elektriciteitsproductie in 2050 een afzwakking van het streven naar 100% hernieuwbare energie in 2050, elektriciteit is goed voor ongeveer 20% van het huidige energieverbruik van Nederland. Ook het begrip emissiebudget uit het oorspronkelijke wetsvoorstel is geschrapt uit de klimaatwet.
Dit bericht is geschreven voor en gepubliceerd op Sargasso.
Geef een reactie