Deze week heb ik een volledige overkill Ja Zuster, Nee Zuster (2002) gehad. Met twee nichtjes (3 en 4 jaar oud) op bezoek, die de film desnoods de hele dag op de repeatknop willen bekijken lukt dat best. Als de film niet opstaat worden de liedjes overal gezongen, want na één keer kijken zongen ze de meeste liedjes al mee. ‘Niet op de stoelen staan! Ja Zuster, Nee…’, zelfs Stroei Voei gaf na twee keer kijken geen problemen meer.
Ja Zuster, Nee Zuster is Holland op z’n smalst. Een rusthuis vol met wereldvreemde, maar toch wel lieve mensen, dat bestierd wordt door Zuster Klivia (Loes Luca). De buurman, Boordevol (Paul Kooij), is ook de huisbaas en bovenal een verzuurde zeurdoos, die het rusthuis wil opdoeken. De film straalt in alles uit dat het een remake is van de beroemde VARA-serie uit de jaren zestig (waar helaas nauwelijks iets van bewaard is gebleven, behalve herinneringen). De sfeer in de straat straalt voor mij volledig uit hoe de jaren 50/60 er uit gezien moeten hebben. Volop tuttigheid, (te) nieuwsgierige buren, gehorige huizen en de eerste migranten uit de mediterrane streken.
De wereld die Annie M.G. Schmidt en Harry Bannink in Ja Zuster, Nee Zuster neerzetten is er een waar nog geloofd wordt in de goedheid van mensen. En waar mensen de ruimte krijgen om zich te ontplooien op de wijze die zij zelf willen, zolang dat niet ten koste van anderen gaat. De film is zeker moralistisch, niet met de paplepel, maar met een zweem van spot en ironie. Voor mij zijn de liedjes uit de film overigens een feest van herkennig, aangezien mijn ouders me vroeger iedere avond verhaaltjes van Annie M.G. Schmidt voor het slapengaan voorlazen.
Plaats een reactie