Op 15 november had ik een dagje vrij genomen om bij het eerste evenement van HIER opgewekt te zijn. Tot nu toe was het niet gelukt om mijn bericht daarover af te ronden, maar hierbij dan toch een korte impressie van een evenement wat aan alle kanten zinderde en bruiste van de decentrale energie. Een volledige terugblik met foto’s, filmpjes, presentaties en nog veel meer vind je bij HIER opgewekt.
Oude bekenden en nieuwe gezichten
Rondlopen op een bijeenkomst over duurzame energie levert een hoop bekende gezichten op, zowel oud-collega’s van het ministerie van Economische Zaken, Agentschap NL en I&M, als verstokte milieuactivisten, duurzame energie profeten en duurzame ondernemers. Daarnaast liep ik uiteraard ook nog een aantal oud-Wageningers tegen het lijf, zoals (wethouder) Sebastiaan van ’t Erve. En eindelijk, (vlag uit 😉 Henri Bontenbal.
Op de bijeenkomst liepen duidelijk ook nieuwe gezichten rond, deels strak in pak en met aansprekende proposities. Al wilden de meesten daar niet al te veel over vertellen. Het meest intrigerend blijft de persoon die vertelde bezig te zijn met grootschalige zonne energie projecten die zonder SDE+ toch concurrerend zijn met de Nederlandse wholesale prijs voor elektriciteit. Ik kan niet wachten tot de eerste van die projecten gerealiseerd is, want daarna kan het hard gaan met zon in Nederland.
De praktijk wijst tenslotte uit dat Nederlanders bereidt zijn een premium te betalen voor duurzame energie in combinatie met de langdurige zekerheid van een vaste elektriciteitsprijs in combinatie. Zie bv. de kostprijzen van de eerste pilots van SolarGreenPoint (binnenkort meer over hun Haagse project, nog niet aan toegekomen om de mail die ik daarover ontvangen heb goed te lezen) en Zonnepark Nijmegen.
Ook in het bedrijfsleven groeit de belangstelling voor duurzame in Nederland opgewekte energie, bv. doordat het een relatief makkelijke maatregel voor het behalen van CO2 reductie i.k.v. de CO2 prestatieladder is. En juist het bedrijfsleven bezit vele platte daken waarop grootschalig zon toegepast kan worden, alleen is de kostprijs daar vooralsnog de bottleneck (in Nederland betaalt de verbruiker van energie i.p.v. de opwekker van vervuilende energie).
Algemene indruk
Mijn algemene indruk was dat er veel leuke initiatieven voor lokale energiebedrijven rondliepen. Wat veelal onduidelijk bleef was wat de business case is. Wanneer het gaat om white label doorverkopen van groene stroom van een ander bedrijf is de marge marginaal. Ook de collectieve inkoop van zonnepanelen zet financieel niet echt zoden aan de dijk. De marges in de installatiebranche voor zonne-energie zijn klein, dus de mogelijkheden om daar als collectief lucht uit de keten te drukken zijn ook klein.
Van een heel andere orde was het voorbeeld van Energiedorp Feldheim in Duitsland. Daar hebben ze de boel grootschalig aangepakt met 43 windmolens met een vermogen van 74 MW, biovergisters, een lokaal warmtenet en inmiddels ook een eigen smartgrid voor warmte en elektriciteit. Dat zet zoden aan de dijk: per jaar importeren ze 160.000 liter stookolie minder en ze produceren meer elektriciteit dan ze zelf nodig hebben. Ook hebben ze 25 banen geschapen in een dorp met 130 inwoners.
Workshops
Doordat ik me al wat langer in de mogelijkheden van duurzame energie verdiep had ik besloten niet al te veel aandacht te besteden aan de collectieve zonne-energie projecten. In de eerste ronde heb ik een presentatie van Lochem Energie en Bosch & Van Rijn over windenergie bijgewoond. Een van de belangrijke leerpunten voor mij was de bevestiging van het feit dat je zo snel mogelijk met gemeente en omwonenden om tafel moet zien te komen als je iets met windenergie wil. In het staatje met grootste weerstanden stonden de houding van lokale politiek en ambtenaren met stip bovenaan, met op de achtergrond angst voor lokale opstand.
Bosch & Van Rijn stelde de aanwezigen voor de uitdaging om door te blijven zoeken naar de achterliggende belangen van met name tegenstanders. Als je weet wat de belangen zijn kun je namelijk zoeken naar manieren om daaraan tegemoet te komen, of de aantasting daarvan te compenseren of voorkomen.
Lochem Energie beschreef een interessant model waarin je de mogelijkheid hebt om de baten van windenergie op verschillende wijze toe te delen aan verschillende belanghebbenden. Een nuttig model, zeker voor kustprovincies als Zuid-Holland waar wind inmiddels in kostprijs kan concurreren met fossiel. Helaas is het model niet beschikbaar voor anderen onder verwijzing naar mogelijke juridisch claims als er een fout in het model zou zitten. Naar mijn mening niet zo’n sterk arugument, aangezien je daar altijd een disclaimer aan kan hangen. Ik wens je althans veel succes als je gaat proberen mij aan te pakken als de berekeningen die ik met regelmaat hier heb gepresenteerd over de kosten van collectieve projecten niet kloppen.
De tweede workshop die ik heb gevolgd ging over braaf en stout salderen. Dus toch nog een stukje zonne energie. Dat ging dus over manieren waarop je collectieve zonne-energie interessant kunt maken voor mensen zonder voldoende eigen dakruimte. De modellen die beschreven werden door Wij Krijgen Kippen varieerde van Boer zoekt Buur en Bedrijf zoekt Buur, tot slimme oplossingen voor verenigingen van eigenaren. In de laatste categorie heb je sinds kort Herman de stroomverdeler. Minder technisch, maar even aantrekkelijk voor kleine VvE’s is de optie waarbij de opgewekte zonne energie door het zolderappartement wordt afgenomen. Deze bewoner betaalt het reguliere tarief voor de opgewekte elektriciteit aan de VvE. Daarmee wordt de investering terugbetaald en nadat dat gebeurd is kan de VvE bijdrage omlaag of kan het extra geld gebruikt worden voor onderhoud of investeringen die de VvE ten goede komen.
Discussies in de wandelgangen
In de wandelgangen had ik minstens zo interessante discussies. Die aan de ene kant aantoonde dat er veel gebeurd, zoals bij Qurrent. Een energiebedrijf waar je klant kunt worden zonder gas of elektriciteit van ze te kopen… Aan de andere kant dat er vanuit de rijksoverheid nog veel onbegrip is. Om dat laatste te illustreren een korte samenvatting van de discussie die ik met een rijksambtenaar had naar aanleiding van een van de zaken waar wij thuis naar kijken: zonnepanelen op ons dak.
Situatieschets: we wonen in een rijtjeshuis met 12 huizen waarop plaats is voor 6 tot 9 panelen per dak. De daken zijn geschakeld.
Momenteel zijn we aan het kijken naar losse installaties per dak, de Nederlandse energiebelasting is nu eenmaal georganiseerd dat zon pv voor kleinverbruikers met eigen dak zeer aantrekkelijk begint te worden. Zolang je saldeert achter de meter.
Omdat de daken in onze straat zijn geschakeld is het plaatsen van een omvormer per huis enkel nodig om te voorkomen dat we energiebelasting moeten gaan betalen als we de stroom via een centrale omvormer invoeren op het net via één aansluiting en vervolgens weer afnemen. Daarmee daalt het benodigde investeringsbedrag (en de kostprijs per kWh) waarmee geld overblijft om aan andere zaken te besteden.
De ambtenaar gaf aan dat ik daar toch ook gewoon een SDE+ subsidie voor aan kon vragen. Waarop ik hem vriendelijk en beslist duidelijk heb gemaakt dat ik na ruim anderhalf jaar procederen over de SDE warmte voor onze zonneboiler niet zo veel trek had daarin. Laat staan dat ik mijn buren ooit zal adviseren zo’n lijdensweg te starten.
Liever dan zaken structureel te regelen door het principe van de energiebelasting te veranderen van de verbruiker betaalt naar de vervuiler betaalt wordt doorverwezen naar het SDE+ subsidieloket. Tot zover het ondersteunen van de energieke samenleving.
En laat ik wel wezen, wanneer zonnepanelen externe kosten veroorzaken dan ben ik bereid daarvoor te betalen. Alleen die externe kosten zitten niet bij de rijksoverheid, maar bij mijn netbeheerder en mijn programmaverantwoordelijke. In casu Stedin en Greenchoice. Die verreken je dus niet via de energiebelasting, maar via de vaste aansluitkosten, het transporttarief of het teruglevertarief.
Slotconclusie
Al met al heb ik 15 november veel leuke en nieuwe initiatieven gezien en gehoord. Wat me wel opviel was het grote verschil tussen praktijk en landelijk opererende ambtenaren. Daar zit werkelijk een wereld van verschil in beleving en ideeën. Vroeg of laat gaat dat een keer botsen. Momenteel lijkt dat voor de buitenwereld nog redelijk gemoedelijk te gaan met een nationaal energieakkoord in de pijplijn. Op de achtergrond broeit echter al jaren een veenbrand, het is wachten tot die een keer aan de oppervlakte komt. Wanneer dat gebeurt denk ik dat het er hard aan toe zal gaan, net als het CO2 opslag dossier dat bij hetzelfde deel van de rijksoverheid was belegd.
Geef een reactie